zondag 6 juli 2014

Stram

Mijn lijf doet zeer. Mijn nek en ribbenkas geblokkeerd. Een nasleep van sleuren met bagage op de trip naar Schotland vorige week.
Na uren draaien in bed dan maar een spierontspanner genomen om 's morgens helemaal groggy op te staan. Maar er zijn ergere dingen. Lichamelijke pijn leidt af.
Leidt af van de wanhoop die zich van me meester maakt bij de talloze gelukwensen en de likes aan het adres van mijn vrouw en haar nieuwe vriendin als ze openlijk op facebook aangeeft dat ze samen een relatie hebben. Na ruim één jaar was dit eigenlijk te verwachten.
Voor mensen lijk ik er al niet meer toe te doen. Hen is alle geluk gegund. Zij verdient het, zoals men ten overvloede aangeeft.
Woede, frustratie, gekwetstheid. Wie denkt nog aan degene die verlaten is. Die speelt niet meer mee.

Een huildag. Ik kom nergens toe. Kwaad op mezelf omdat ik verdrink in zelfmedelijden. Een gemis dat niet draaglijk meer is. Weten dat je zelf bij niemand meer hoort. Niemand je het eeuwig geluk meer toewenst met je vrouw, met niemand meer eigenlijk simpelweg omdat er niemand is.

Vandaag pijnlijk stram de dag gestart, even groggy maar met de intentie om toch in beweging te komen.
Dertien kilometer wandelen met de hond in de Vlaamse Ardennen. Tussendoor korte babbels met passanten. Tot mijn verrassing blijkt mijn overbuur ook te wandelen.Fanatieker dan ik. Elke week een paar keer vijftig kilometer. Hij vertelt het al stappend terwijl ik nauwelijks zijn tempo kan bijhouden. Dit is meer snelwandelen. Ik laat hem dan ook al gauw zijn weg vervolgen en wens hem een goede zondag.

Vrienden bellen me. Al lang niet meer gehoord. Een uitnodiging voor het huwelijk van hun zoon en ze komen graag eens langs.
Samen naar een tuincentrum Het doet deugd hen terug te zien. Bij een koffietje bijpraten. Mijn voornemen om me sterk te houden, het gezellig te houden, om hen niet af te schrikken, hen niet weg te jagen, sneuvelt bij hun oprechte vragen.
Van binnen snoert alles dicht. Maar ze geven me de ruimte. Tranen. Begrip voor mijn zoeken.
Een idee blijft hangen. Minder missen hoeft niet te betekenen niet meer verlangen. Een theoretische bespiegeling. Geen idee hoe ik dat moet realiseren. Het ene gevoel niet of minder proberen te voelen, het andere toelaten.  Maar kan spelen met dat idee ergens iets ontsluiten? Ik weet het niet.
Maar ik weet wel dat leven voor mij geen zin meer heeft als ik elk gevoel voortdurend te lijf moet gaan. Als het een constant gevecht blijft om niet te voelen, om niet overspoeld te worden door gemis en wanhoop en eenzaamheid.

Na hun bezoek geef  ik me over aan golven van verdriet.
Nu te moe en te pijnlijke leden om nog  te denken. Ik laat het maar rijpen.
Na een huildag, een huilnacht.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten