zondag 30 augustus 2015

Patiëntenrechten

Ze belt voor een afspraak. Of ik me haar nog herinner. Het is al wel even geleden.
Pas als ze de naam van haar kinderen zegt...

Ruim tien jaar geleden.
Een vrouw aan de lijn. Geagiteerd. Of ik haar een afspraak wil geven.
De secretaresse had de boot wat afgehouden toen ze er om vroeg, die ging terug bellen. Nu had ze zich dus maar rechtstreeks laten door verbinden.
Ze is met haar kinderen in begeleiding bij een collega van de dienst. Maar daar komt ze niets mee verder. Ze krijgt enkel afspraken om nog maar eens een andere test af te leggen. Ze wordt aan het lijntje gehouden.
Haar advocaat had haar op het hart gedrukt dat ze bij mij moest zijn. Ik ging haar wel verder helpen.

Ik ben op mijn hoede. Al maanden waarschuwen mijn collega's me dat de collega in kwestie - eigenlijk de coördinator van de dienst- mij zoekt.
Als ik er niet ben mijn dossiers en agenda controleren, In mijn spullen neuzen. Hen uithoren over hoe ik werk. Of ik wel tijdig aanwezig ben? Of er soms klachten zijn...
Als ik er ben lijkt er oppervlakkig niets aan de hand. Tenzij ik op de teammomenten mijn mond open doe. Dan merk ik dat haar ogen soms vuur spuwen. Als andere collega's mij bijtreden dan lijkt er wel stoom uit haar oren te komen. Ik probeer me al een tijdje low profile te houden.
Mijn collega's staan achter me. Als ik mijn werk goed doe, de normen haal en mijn cliënten tevreden zijn, waait het wel over. Dacht ik. Naïef vertrouwen.


Ik geef aan dat er vaste procedures van toewijzing van therapeuten zijn. Misschien moet ze haar wrevels eens bespreken met mijn collega?

De volgende teamvergadering.
De spanning is om te snijden. Alle aanwezigen voelen dat er iets in de lucht hangt. De coördinator is zonder iets te zeggen, zonder iemand aan te kijken gaan zitten.
Tot de lijst van te bespreken casussen overlopen wordt.
De naam van de vrouw staat er tussen.
De coördinator verliest haar beheersing. Ze is furieus.
Ik moet een afspraak met de vrouw maken.
Haar advocaat heeft gebeld.
Woedend omdat men blijkbaar op onze dienst de wet op de patiëntenrechten niet lijkt te kennen.
Omdat cliënten het recht hebben om zelf hun behandelaar te kiezen.

Niemand durft nog iets te zeggen.


Pas weken later vernam ik dat zij diezelfde week een onderhoud met de bestuursraad heeft aangevraagd.
Met mij viel niet samen te werken. Ze wou niet meer met mij samen werken.

Een paar dagen later werd ik na twintig jaar zonder verhaal bedankt voor bewezen diensten.


De vrouw heeft me toen privé opgezocht. Ik heb haar en haar kinderen kunnen helpen.

Mijn werk was mijn passie. Vertrekken was moeilijk, ondanks de steun van mijn vrouw en mijn collega's. Maar cliënten hoeven hier niets van te merken.


En nu heb ik haar opnieuw aan de lijn.  Door de vloed aan herinneringen die opborrelen dringt een deel van haar verhaal  niet tot me door, .


Een drukke werkweek. Alle energie gaat naar overhead. Vergaderen. Discussiëren over punten en komma's. Waar moet ik me eigenlijk allemaal mee bezig houden?  Ondertussen mijn emotionele malaise op de achtergrond duwen.
Gemis, verdriet en uitzichtloosheid het hoofd bieden. Me over grenzen van vermoeidheid heen tillen.

Een gevoel van naderend onheil probeer ik voor mezelf te sussen door het te labelen als een herinneringspoor. Waar therapeutisch jargon al niet kan voor dienen.


Ja, ik herinner me haar nog.
En ja, ik heb nog een plaatsje voor haar.







dinsdag 18 augustus 2015

I.M.

Gedachten flitsen voortdurend door mijn hoofd.
Indrukken van een hele week verwerken. Hoe krijg ik alles verteerd?
Dagelijks op stap geweest met vier enthousiaste Tsjechische dames. Brugge, Brussel, Antwerpen en Tielrode doorkruisen. Een dag verpleegster spelen voor een zieke.
Praten, lachen en herinneringen aan eerdere vakanties in Tsjechië ophalen.
Verdriet doorslikken.
Vermoeidheid negeren. Een irritant gebrek aan energie.
Focussen op het ontspannen gekwebbel van de groep vrouwen. Samen eten, reizen en keuvelen langs mooie plekjes in ons land.

Op de trein naar huis. Aan de vooravond van hun vertrek terug naar Praag.
Twee berichtjes van mijn jongste. Mama, bel me zo snel mogelijk.
Aan de lijn gesnotter en nauwelijks verstaanbare klanken. Mijn maag nijpt samen. Eerst is er het gevoel van ernstig onheil, pas na een paar minuten wordt duidelijk wat haar zo overstuur maakt.

Haar eerste liefde, een jongen uit Paraguay, is die ochtend omgekomen bij een auto-ongeluk. Een paar dagen eerder nog aan de telefoon gehad, nu weggemaaid uit het leven.
Tweeëntwintig jaar.
In het begin van hun relatie heeft hij drie maand bij ons ingewoond. Aanvankelijk een beetje tegen de zin van mijn vrouw want een haar onbekende man in huis beangstigde haar.
Naderhand waren ze twee handen op één buik. Met veel geduld leerde ze hem fietsen met klikpedalen. Doste ze hem uit in een wielrennertenueke waarmee hij zo fier als een pauw rond hotste. Normaal stappen kan je immers niet met die schoenen.
Dollen op het strand met mijn dochter. Vol bewondering voor de treinen die hij in zijn thuisland niet kende. Spelen met de hond. Nederlandse woorden met een grappige tongval. En natuurlijk ...Belgisch bier à volonté.
De relatie is niet blijven duren. Niet evident zo'n lange afstandsverkering. Ze hielden wel contact.
Een paar maand geleden heeft het maar even gescheeld of hij zou samen met zijn mama op bezoek komen. Maar hun budget liet het uiteindelijk niet toe.

Het is onwezenlijk. Het rauwe verdriet van zijn moeder die nu alleen achter blijft. Mijn dochter compleet van de kaart en niet wetend hoe ze zich moet opstellen ten aanzien van haar huidige vriend.
Mijn vrouw die op geen enkele manier iets van zich laat horen.

Leven kan verrekt hard en meedogenloos zijn.




I.M. David Gimenez,
Es tan difícil comprender

maandag 3 augustus 2015

Jupiler...


Misschien heb ik iets te vriendelijk goedendag geknikt toen hij zich op de plaats voor me in de trein installeerde. Hij schoof eigenlijk meer van de ene kant van de zetel helemaal naar de andere kant in het hoekje bij het raam. Een beetje een verlopen vijftiger met glazige ogen en een terugtrekkende peper en zoutkleurige haarlijn. Een afgewassen zwarte Lonsdale joggingbroek en een bedrukte kaki shirt die minstens een maat te groot is en als een zak om zijn gedrongen lijf hangt.

In ieder geval wordt mijn begroeting ontvangen als een vrijgeleide om een soort van gesprek aan te knopen.
Na een vergadering waarbij twee derde van de genodigden zijn kat stuurde en drie kwartier rond hangen in het station door een trein met vertraging, voel ik me helemaal verloren en helemaal niet in voor een gesprek als ik rond half twaalf eindelijk kan vertrekken.

Isaaneiwarm. Knik knik.
Ik veronderstel dat hij het over het weer heeft en beaam dat het best warm is.
Wamwam, aaeeewamwam. Knik knik.
Wonderlijk hoe een brein uit die opeenvolging van gemompelde klanken toch nog iets van betekenis kan destilleren.
Hij haalt uit de plastiek zak die hij meezeult een vijftig centiliter gekoeld blik Jupiler.
wamheestoortetwam?
Hij schudt alvast van nee. Dus nee, het stoort me niet dat hij het drinkt.
Met een joviale handbeweging naar me toe en knik, knik,knik opent hij het blikje om dan met één gulzige slok waarschijnlijk de helft naar binnen te gieten. Ik heb zo'n flauw vermoeden dat het niet zijn eerste blikje is vandaag.
dorstwamhe? Knik knik.
Gevolgd door een resem onverstaanbare klanken waarop ik dus ook maar een paar keer knik.
Mijn ogen op andere passagiers richten om verdere conversatie te ontmoedigen.
Ja, dorstehwerkenwarm. knik knik.
Ik knik dus maar mee.
Dorst?
Vraagt hij me nu of ik eens wil drinken? Nee, dank je. Daar is nog een beetje te vroeg voor.
Nievroeg.
Ik trek een bedenkelijk gezicht. Hij meent het.
Nievroegwerken.
Ik vraag toch maar wat hij bedoelt.
Nacht, werken. Knik knik. Algedaanmewerken. Knik knik.
Ah zo. Nu dus een knikje van mijnentwege.
Moejevernie?
Ik moet niet lang op de trein. Hij moet maar tot Liedekerke.
Het lege blikje wordt plat gedrukt. Het vuilbakje zit propvol maar het moet en zal er in gaan. Het is te zeggen... Het wordt op de andere rommel gedrukt en op het moment dat hij het loslaat springt het op en belandt het tussen mijn voeten op de grond.
Sorry.
Zijn hoofd en handen duiken naar beneden. Ik griezel als hij rakelings met zijn haar langs mijn blote benen gaat. Brr.
Triomfantelijk duwt hij het blikje weer boven op het afval.
Het is een kwestie van seconden of het komt weer op de grond terecht.
Gelukkig is hij op de plaats van zijn bestemming.
Dag..Slapen. Knik knik.
Ja, slaapwel.
Oef.

Ik vraag me af of hij thuis opgewacht wordt na zijn nacht werken.
Is er iemand blij dat hij er is?
Of is er voor hem ook alleen een leeg huis en ...Jupiler





zondag 2 augustus 2015

Bremen

Volgend jaar moeten we eens vier dagen naar Bremen gaan. Zij kan gerust voor ons een jeugdherberg boeken.
In Duitsland zijn jeugdherbergen niet zoals in België. Ze zijn mooi en net.
Zonder ontbijt. Want dat is er eenvoudig. En voor zeven euro en een half kan je zowat overal een goed en uitgebreid ontbijt vinden met veel worst en Bratkartofflen.
Misschien moeten we het combineren met een uitstap naar Hamburg. Dat ligt maar op zeventig kilometer daar vandaan.
Zij zal rijden. We kunnen gerust met ons vieren in haar wagen.

Een hele woordenvloed rolt over haar lippen als ze ons binnenlaat in haar woning. Ze is bepakt en bezakt met boodschappen als ze ons uitnodigt om te gaan zitten.
Ons, dat zijn twee andere alleenstaande vrouwen en ik.
Ik hoor rechts naast een vrouw te gaan zitten die een laptop op haar schoot gedropt krijgt. De derde vrouw wordt gevraagd om links van haar plaats te nemen. Google Bremen maar eens, zien jullie direct hoe mooi het daar is.

Ondertussen is onze gastvrouw,  net terug van vakantie in Duitsland, eerst druk in de weer met haar boodschappen om dan verwoed met een stamper in een glas iets onbestemd plat te duwen voor de cocktail die ze ons wil voorschotelen. Daar is ze even zoet mee.
Ondertussen geeft ze ons een hele hoop familiekiekjes die een indruk moeten geven hoe het daar geweest is. Bij elk kiekje hoort wat commentaar over de familiebanden.

Na ruim een half uur wachten voor een gesloten deur heb ik tijd nodig om de ergernis van me af te schudden. Nergens voor nodig om een negatieve interpretatie te koppelen aan het feit dat niemand verwittigd heeft dat de afspraak een half uur verlaat was.
Het kan gewoon een misverstand of een vergetelheid zijn toch?
En dat men dan ook nog eens niet bereikbaar is?
Dat naderhand een telefoontje komt van de gastvrouw om te zeggen dat ze nog aan de kassa van de colruyt staat en wat later, dan de al verlate afspraak, gaat zijn? Vriendelijk toch dat ze belt.
Wie beseft er tenslotte dat wachten, alleen in de wagen, telkens opnieuw een confrontatie is met ...alleen zijn. Je wacht vrijwel nooit ergens alleen als je afspreekt zolang je een partner hebt.
En als je zonder je partner afspreekt is zij de eerste om te bellen om de tijd op te vullen als je afspraak te laat is.
Alles dus in mezelf moeten aanspreken om niet rechtsomkeer te maken.

Soit, ik ben dus gebleven.
Mooie plaatjes van Bremen.
Moeten we dus zeker eens naar toe. Tenzij ...onze gastvrouw ondertussen getrouwd is.
Al twee, drie maand weet ze zeker dat ze gaat trouwen. Een man heeft ze nog niet, maar dat komt.
Dat voelt ze zo.
Dat heeft ze van haar moeder. Dat was een zieneres.
Ze is ook dominant, net als haar moeder.

Een van de andere vrouwen merkt fijntjes op dat ze inderdaad behoorlijk kan commanderen.

Maar ze beseft het. Ze leest heel veel over psychologie en gaat binnenkort een cursus volgen. Ze heeft zich voorgenomen om meer dingen te vragen.
Niet zo maar te beslissen voor anderen, want dat doet ze, dat heeft ze altijd gedaan, zoals ook haar moeder de chef in huis was. Nee, ze gaat vragen wat iemand wil.
Ze heeft al een hele weg afgelegd. Wat wil je met zo'n achtergrond als die van haar. Als baby samen met haar broer anderhalf jaar in een instelling omdat haar moeder niet voor haar kon zorgen. Een grootmoeder die een koekoeksjong was. Jullie weten wat ik daar mee bedoel he, vraagt ze retorisch met een veelbetekenende blik. En een grootvader...ja dat was een oorlogskind. Niemand weet wie de vader was en hijzelf wist niet beter dan dat hij dezelfde vader had als zijn jongere broers.
Het is niet toevallig als mensen elkaar vinden.
En haar grootmoeder...volgens haar moeder was die lui. Maar misschien was ze eerder depressief. Hoe dan ook haar moeder heeft zichzelf groot gebracht en is gewoon dat dingen gebeuren zoals zij het wil. Haar stiefvader was haar slaafje. Af en toe was het hem teveel en dan vielen er klappen. Haar vader...die kan gewoon geen verantwoordelijkheid dragen.

Ze heeft er met psychologen over gesproken. Ook mijn andere gezellinnen hebben psychologische hulp gezocht. Ze zijn er niet onverdeeld gelukkig mee.
Zeventig euro voor een uur op een sofa. Geen enkel oogcontact noch respons. Je verwacht toch dat men je verder helpt.
Ook eens veertig euro voor een half uur. De man keek voortdurend over haar hoofd heen. Achteraf bleek dat achter haar een klok hing.
Ik doe er het zwijgen toe en voel me niet geroepen om in de bres te springen voor collega's die ik niet ken.
Onze gastvrouw geeft aan dat ze wel veel had aan de begeleiding en dat je in zo'n geval maar best op zoek gaat naar iemand die beter bij je past. Dat kan ik alvast beamen.

Een hele avond ervaringen uitwisselen. Mezelf keer op keer tot de orde roepen bij het hardnekkig afdwalen van mijn gedachten. Bij het gesprek proberen blijven en verlangen en gemis op de achtergrond duwen. Vermoeidheid en rugpijn negeren.

Het ligt niet aan het gezelschap.
Dankbaar om hun hartelijk gekwebbel.
Dankbaar om de afleiding.


's Anderendaags een sms'je.
Sorry dat ik je liet wachten.