vrijdag 27 november 2015

Molenbeek

Ik probeer de pijn boven mijn rechteroog en de veelkleurige vlekken die mijn zicht vertroebelen te negeren. De voorboden van een migraine aanval.
Niet onverwacht na een turbulente werkweek. Nauwelijks tijd om alles in me op te nemen, laat staan ergens een plaatsje te geven.

Emoties naar aanleiding van de terroristische aanslagen in Parijs die een serieuze impact hebben op mijn teams.
Frustratie bij de verpleegkundigen. Is het wel veilig om in Brussel op huisbezoek te gaan? Consultaties te verzorgen? Crèches sluiten maar zij worden verondersteld in de straten rond te lopen en hun werk te doen? Hun familie ziet dit niet zitten. Raids van politie in huizen en wijken waar ze een paar dagen daarvoor gewoon op bezoek gingen. Ze zijn bang. Wat wordt van hen verwacht?
Een gezinsondersteuner met een hoofddoek komt ontredderd het regiohuis binnen, aangegaapt op de metro toen ze iets uit haar trolley wou nemen, een opgestoken middenvinger van een voorbijganger op straat - ze is toch geen terroriste?
Medewerkers kunnen hun emoties niet meer de baas op een overleg. Een hele week tot 's avonds laat alles opvolgen, eist zijn tol. Drama ten top.

Luisteren, opvangen, bemiddelen, oplossingen zoeken.

Anderen bleven weg uit Brussel. Voor mij was het een weekje Molenbeek.

Moe.

Nu uitloggen en me overgeven, ogen sluiten en een diep verlangen in mij doet tranen opwellen.

maandag 16 november 2015

Back to reality

Een vorming met verpleegkundigen rond vaccineren. Een mailtje om dringend contact op te nemen.
Dus gauw een telefoontje tijdens een pauze op mijn eerste werkdag. Ik hoor het mezelf verbazend rustig antwoorden.  'Zo'n dingen gebeuren. Niets aan te doen"
De man aan de andere kant van de lijn excuseert zich. Hij kan er niets aan veranderen. De procedure en de timing liggen vast.
Ruim twee weken geleden deelgenomen aan een test. Een sollicitatie voor een boeiende job.
Of ik dan niet gehoord had dat de proef uit twee delen bestond? Jawel. Ik heb ook twee delen ingevuld. Een deel multiple  choice, een deel open vragen. Beide ingediend.

Dat was blijkbaar samen het eerste deel. Men had mij nog een ander blad moeten geven.
Dat is blijkbaar niet gebeurd. Een vergissing.
Jammer want wat u heeft ingevuld was héél goed. Maar de overheid laat niet toe om als nog het ontbrekende deel in te vullen.

Bij een misselijk makende jetlag en een zeurend gevoel van eenzaamheid slik ik deze bittere pil maar door.
Knop omdraaien, een glimlach op mijn gelaat en terug naar de vorming. Ik spuit met heel wat geweld een sinaasappel vol virussen.
Tranen moeten wachten tot thuis. Kon ik maar eens bellen. Eens haar stem horen en weten dat...

Mijn ogen sluiten en armen rond me voelen.

vrijdag 13 november 2015

Yakaré

Het is net half zeven als ik in het zwembad duik. Op mijn kamer is de warmte niet meer te verdragen. De airco doet het niet en zesendertig graden is van het goede teveel. Slapen zat er niet meer in.
We hebben twee dagen een luxe vakantieverblijf ter beschikking van vrienden van onze gastvrouw. Aan het begin van de chaco's, net over de Rio Paraguay die het land in twee verdeelt. Hier geen rode aarde meer, een heel andere vegetatie maar wel even slechte wegen. We werden gewaarschuwd. Als het hard zou beginnen te regenen moesten we hier zo snel mogelijk vertrekken, anders raakten we niet meer weg.

Baantjes trekkend mijmer ik over de afgelopen dag.
Op bezoek bij een vroegere gastfamilie van mijn dochter. Met haar gastzus naar het plaatselijk schooltje. Piepklein, meubilair dat wel van vorige eeuw lijkt en nauwelijks educatief materiaal. We worden enthousiast onthaald door leerkrachten die mijn dochter herkennen. Iedereen wil met ons op de foto. Blonde - natuurlijk blonde - mensen met een bleke huid, zelfs al zit die van ons onder de opgezette muggenbeten,  zijn hier een rariteit. Juf Sarah nodigt ons uit in haar kleuterklasje waar we na een serenade van Spaanse liedjes gezellig terere drinken terwijl de kinderen met klei spelen.

In de namiddag met de collectivo naar Ita.  Het is hier altijd een belevenis op de gammele overvolle lijnbussen. Maar we hebben geluk en kunnen een zitplaats bemachtigen. Telkens de bus vertraagt springt er wel een andere verkoper vooraan op. Chipas, uurwerken, pakketjes keukenhanddoeken, verse fruitsalade, djerbakruiden, gekoelde dranken...Een man declameert zelfs een hele uitleg over een goedkoop lijkend kettinkje met een kruisje, dat hij uitvoerig kust en tegen de borst drukt. Onverstaanbaar doordat hij Guarani spreekt maar uit zijn gesticulaties maak ik op dat hij er magische krachten aan toedicht. Iets waar de inwoners hier zeer vatbaar voor zijn. Maar nu vangt hij bot. Niemand lijkt geïnteresseerd.

In Ita op bezoek bij vrienden en opnieuw  terere drinken aan het meer. Voor de verandering krokodillen voeren in plaats van eendjes.


Mijn zwempartijtje wordt verstoord door een plots onweer. Dus douchen en op zoek naar iets eetbaar. Mijn gezelschap is immers nog niet wakker.
Enkel onze cuidador is al aan de slag met de  grasmaaier.  Zijn tandeloze onderdanige lachje en zijn gescheurde kleren roepen heel wat gêne bij me op. Een kleuter zit wat verder met een half blote baby vervaarlijk te schommelen op een stoeltje. Als ik ze bij me probeer te roepen stuift ze weg, terwijl de baby uit haar handen half op de grond glijdt.

Op het terras met zicht op de Rio,  luisterend naar het gekweel van de kleurrijke vogels en het wonderlijk gefladdder van de colibri's, nuttig ik dan maar alleen mijn pan dulce.















Yakarés in Ita (Guarani voor krokodil)

Chaco I

woensdag 11 november 2015

Salto Suizo

Het mobieltje van mijn dochter wordt onder veel hilariteit doorgegeven. Een daags voordien stiekem opgenomen filmpje van haar dansende moeder op het plaatselijke bierfeest in la Colonia Independencia gaat de tafel rond.
Boven aan de salto Suizo doen we ons te goed aan een geÏmproviseerde assado.
Door elkaar geschud op de onverharde rotserige weg dienden we op de heen weg  de auto achter te laten. Rijsporen van wel een halve meter diep kon die niet meer aan. We mochten parkeren bij een mini huisje waar de bewoners  ons al een tijdje gade sloegen van op een bankje.
Mijn blaas en die van de andere vrouwelijke leden van het gezelschap stonden op springen. Geen boom om achter te schuilen.  El baño?
De vuile snoetjes van de in lompen geklede kinderen kijken me met grote ogen aan. Ze begrijpen er duidelijk geen jota van. Gelukkig spreekt onze gastvrouw Guarani.
Het huisje blijkt voor de helft een varkensstal te zijn. Enkel een donkere ruimte van hooguit twaalf vierkante meter is het woongedeelte. Ik ontwaar  enkel iets wat op een matras lijkt.  Een meisje neemt me mee achter een kippenren. Een kuil deels met enkele latten afgedekt. Er onder gistende drek. Maar de nood is hoog.

Twee uur klimmen onder een verzengende hitte. Een jongeling rijdt af en aan met de moto om mensen naar boven te brengen. Geen haar op mijn hoofd denkt er aan om mee te rijden. Levensgevaarlijk door de diepe putten en wegrollende stenen. Maar de ouderen denken er anders over. Vanaf zestien rijdt iedereen hier met een halsbrekende snelheid op twee wielen, vaak met drie of meer op één tuig. Velen kunnen zich immers geen auto permitteren.
Boven gekomen blijkt het uitzicht meer dan de moeite waard. Nog mooier dan op de cerro Akati die we daags voordien bezochten. Een prachtig landschap.
Zo ver je kan zien glooiend groen en water.
De afdaling naar de voet van de heuvel om de waterval in al zijn glorie te kunnen bewonderen durven de volwassenen niet aan. De jongeren laten zich niets gelegen aan de waarschuwingen . Ze moeten en ze zullen gaan kijken.

Waar ik tijdens de wandeling vaak mijmerde dat mijn vrouw dit geweldig zou gevonden hebben, snijdt nu een diepe pijn door me heen. Met haar hulp zou ik me zeker naar beneden gewaagd hebben.
Nu laat ik mijn dochter alleen gaan. Als een ongewenste intrusie duw ik de gedachte weg dat ik  mogelijks een laatste blik op haar werp als ze diep onder me uit het zicht verdwijnt.
De angst voor een nieuw plots verlies heeft zich twee jaar geleden in me geïnstalleerd en lijkt niet meer te verdwijnen.

Ik vervoeg de 'ouderen' .

De terugtocht is meer een naar beneden 'glijden'
 maar ik slaag er in overeind te blijven.
Het gezin zit een paar uur later nog steeds op het bankje. Vermoedelijk komen ze zo de dag door. De tien mil die ze van onze gastvrouw krijgen om op de auto's te letten, nauwelijks anderhalve euro, is zeer waarschijnlijk hun dagloon.
En dan  hebben zij nog een dak boven hun hoofd. En dieren.

Paraguay is, volgens onze gastvrouw,  een land met een grote groep 'luie' armen, die niets of nauwelijks iets hebben of doen, en een grote groep superrijken die alles hebben en anderen voor hen laten werken. Tussenin zit een kleine klasse werkende mensen die heel wat moeite moeten doen om rond te komen.

Waarom koop jij niet een huis hier? Met jouw Europees pensioen kan je hier een prachtig domein kopen met een koppel cuidadores erbij die voor nog geen tweehonderd euro per maand het huis en de tuin onderhouden, voor je koken en je op elke wenk bedienen.

Mijn pensioen is nog verre toekomst dus ik wuif haar goed bedoelde voorstellen weg.
Eens terug in Asuncíon ben ik heel hard aan een siësta toe.



  Cerro Akati






donderdag 5 november 2015

Cementerio

De druk in mijn oren stijgt als het vliegtuig accelereert en aanzet om op te stijgen.
Veertien dagen alles achter laten. Alles...? De krop in mijn keel zwelt aan bij elke mijl die me verder van haar verwijdert. Gelukkig is een tabletje Zolpidem effectief genoeg om een paar uur vergetelheid te vinden. Vierentwintig uur en twee tussenstops later land ik aan de andere kant van de wereld.

Asuncíon. Een warm emotioneel onthaal. Mijn beste Spaans boven halen om te troosten. Hoe vang je een moeder op die haar enig kind verloor?
Maar het doet goed om weer in Paraguay te zijn. Het land van de rode aarde en zijn gastvrije volkje. Leven op een Latijns-Amerikaans ritme. Men heeft tijd hier, niets waar men zich voor haast. Alleen achter het stuur hoor je plankgas te geven,  af en toe bruusk afremmend voor de zoveelste put in de aarden wegen of voor de vele verkeersdrempels op de aangelegde hoofdwegen.

Dia de los muertos. Samen naar het kerkhof. Wandelen langs de huisjes met doodkisten. De vele aanbiedingen  van jongeren om het familiegraf te poetsen afslaan.  Aan een van de bloemenstandjes een kleine ruiker samen stellen. Bevreemdend om langs de barbequestandjes te wandelen of chipas geoffreerd te krijgen.
Krijgen mensen echt iets binnen in dit oord van dood en verdriet?
De groen glazen deur maakt een eng piepend geluid als onze gastvrouw ze voor ons opent.
De aanblik van de  eenvoudige bruine kist en de grote foto van de jongen die een paar jaar geleden het hart van mijn dochter veroverde, doet haar en zijn moeder in snikken uitbarsten. Het verdriet dat in me op welt heeft evenwel meer met een ander gemis gemeen.

Of ze hem nog eens wil zien? Als zijn moeder voor haar een kijkvenster op de kist wil open schuiven reageert ze geschokt. Dat kan ze niet aan. Alleen samen even de bloemen schikken. Met een kleenex het stof wat wegnemen. Vaarwel David.
Niet alleen mijn keel zit dicht als we door de kleine straatjes terug wandelen.

De auto brengt ons naar Los Altos. Een buitenverblijf van de familievrienden in the middle of nowhere. Een prachtige tuin, een zwembad en een grote patio om voor de zon te schuilen, die zich evenwel niet laat zien. Vijfentwintig graden maar het regent. Een tandeloze Indigino met verschrompelde leerhuid en tot de draad versleten kleren verwelkomt ons met een brede glimlach. Santiago en zijn vrouw Felicia zullen ons verblijf drie dagen aangenaam maken.
Zijzelf leven in een armoedig  piepklein huisje aan de rand van het domein. Hij duidelijk fier op zijn tuin. Zij pratend in een onbegrijpelijk Guarani  waardoor elke communicatie buiten 'multas gracias' onmogelijk is. Maar we smullen van de mandio chy ry ry en de chipa  guazu als we terugkeren van een uitstapje naar de virgen de San Bernardino, een plaatselijke bezienswaardigheid.


Onze vakantie is begonnen.
België lijkt hier iets uit een andere realiteit. Ik mis alleen mijn hond en...

Los Altos