maandag 25 mei 2015

Onaangename verrassing

Ze is onaangenaam verrast om me daar te zien.

Haar woorden snijden diep in mijn ziel. Totaal onvoorbereid komt de begroeting van de vormingswerkster bij me binnen als ik plaats neem op de stoel naast haar om samen met de verantwoordelijke even af te stemmen over het verloop van de dag.

Ik ben daar onbedoeld. Een mail gemist die mijn teammoment heeft geannuleerd.
Na een rit van bijna twee uur leek ingaan op de uitnodiging van de verantwoordelijke om, gezien ik er toch ben,  aan te sluiten op de vorming geweldloze communicatie best zinvol. Een manier om het team eens op een andere manier te vervoegen.
Maar dat is duidelijk niet naar de zin van de vormingswerkster.
Mensen van de staf horen hun komst op voorhand aan te vragen luidt het.
Iets in mij probeert het weg te rationaliseren. Het is vast niets persoonlijks.
Maar ...het is niet de eerste keer dat ze me onverwacht een pijnlijke opmerking maakt.

Ik druip af.
Na een paar dagen alle gevoelens weg duwen, gewoon werken, niet stil staan bij iets..is het verdriet weer overspoelend aanwezig.
Niet gewenst zijn. Er niet mogen zijn. Iemand die me niet moet of niet meer moet.
Zelfs al is het iemand met wie ik eigenlijk niets heb.
Het raakt aan een te diepe etterende wonde.

Ik slaag er niet in om me de rest van de dag nog enigszins te concentreren.
's Avonds een etentje met twee vriendinnen. Het verslag van de laatste chemo's. Blij om hen terug te zien.
Maar de eenzaamheid schud ik er niet mee af.

Een nacht liggen woelen. De dag opvullen met activiteiten. Bezig blijven. Wandelen met de hond. Wassen. Strijken. Hoogtevrees trotseren om de platte daken schoon te maken. De afvoeren zitten dicht met takken en naalden.

Doodmoe dan naar een reünie met voormalige reisgenoten.
Gesprekken die afleiden. Veilige onderwerpen zat. Eten, recepten, wijn, Italië, reizen... Zelfs het minder luchtige kan aan bod komen. Ervaringen met euthanasie, trauma's door een collaboratieverleden.
Tussenin wordt er wat afgelachen.
Aangenaam vertier.
Eventjes vergeten.
Tot de muziek begint te spelen...

Pas in de vroege uurtjes naar huis. Dankbaar om een avond zonder tranen.



woensdag 20 mei 2015

Zonnebloem

Gelatenheid. Het is wat het is.
Er valt niets meer te zeggen.
Leegte.
De tranen lijken even opgebruikt tijdens een sessie bij mijn therapeute.

Misschien brengen gesprekken ons niets verder.
Misschien kan ik je energie geven via Reiki.

Erkenning van gemis.

Je mist voeding. Geen mond meer die je kust. Geen armen meer waar je in kan wegkruipen. Geen lijf meer om je aan te warmen. Geen aanrakingen meer die je in vervoering brengen. Geen ervaren meer van graag zien en graag gezien worden. Geen intimiteit, geborgenheid of veiligheid meer. Niet meer tot rust komen. Geen thuis meer.

Ze is er van overtuigd dat Reiki een manier is om energie uit het universum door te geven. Dat het emotionele pijn kan stillen.

Het overstijgt mijn voorstellingsvermogen.

Misschien moet het zelfs wat intensiever. Eén keer per week?

Ik ken er niets van.
Ik weet alleen dat ik het niet red. Dat ik wegkwijn.

Je hebt geen voeding meer.

Anderen lijken wel zonder te kunnen. Hun weg alleen te vinden.

Een zonnebloem kan niet groeien zonder zon. Een moerasplantje heeft hier veel minder van nodig, gedijt ook in de schaduw.

De zon is uit mijn leven verdwenen. Ik overleef al bijna twee jaar zonder zon.
Reiki zou een stukje zon kunnen binnen brengen in mijn leven???


Ik heb niets te verliezen.


maandag 18 mei 2015

1000 km

Mijn lange Hemelvaartweekend heb ik goed vol gepropt. Veel afleiding om de zeurende pijn van binnen de baas te kunnen.
Mijn vrouw rijdt de 1000 km van 'kom op tegen kanker' helemaal in haar eentje.
Herinneringen flitsen voortdurend door mijn gedachten. Telkens opnieuw ze op de achtergrond duwen. In het 'nu' blijven heet dat dan.

Desserts maken voor het verjaardagsfeest van de vader van mijn kinderen. Mijn zoon strest. Het is de eerste keer dat hij voor de hele familie een diner bereidt en hij is er rijkelijk laat aan begonnen.
Elk uur wel een telefoontje. Mama, kan je dat nog doen? Hoe maak je dat?  Kan je dit nog meebrengen? Wanneer kom je?

Mijn oudste in zak en as. Wenen omwille van haar verbroken relatie. Voorzichtig luisteren om dan toch de boodschap te krijgen dat ik het niet begrijp, dat ik zeker niet moet vergelijken met mijn situatie. Want mijn vrouw, die ik zelfs niet vernoem,...die was gewoon niet goed in haar hoofd, maar haar vriend...dat is niet te vatten.
Het verwijt dat ik haar nu niet zo goed steun als toen ze jaren terug een vriendje verloor.
Wat deed ik dan anders?
Toen kon ik haar meer opbeuren. Zei ik haar dat ze nog jong was en nog wel iemand zou vinden.
Dat geldt nu ook hoor, verzeker ik haar.
Blijkbaar komt het niet oprecht genoeg over.

Ik probeer mezelf te kalmeren. Mensen kunnen nu eenmaal hard zijn als ze emotioneel zijn. Slikken en zwijgen. Mijn keel snoert toe. Tot ik bij een volgende opmerking toch ontplof en me achteraf weer moet excuseren en troosten.

Op het feestje sociaal zijn. Blij om de hartelijke begroeting van mijn voormalige schoonfamilie. Lang geleden dat ik hen zag.
Momenten van flauwte. Geen adem. Momenten dat alles in mij snakt naar een teken van leven. Redt ze het? Haalt ze het? Zonder ongelukken?

De eerste tweehonderd vijftig kilometer zijn gehaald.

Mijn jongste is er niet bij op het feestje. Een death line om haar verslagen binnen te leveren. Ze heeft nog steeds niet de nodige gegevens doorgekregen van haar stage-mentor. Wenen aan de telefoon. Wat moet ze doen? Geen reactie op mails deze week. Geen reactie op sms'jes die ze heeft verstuurd. Durft ze te bellen? Het is weekend.
Toch maar gedaan. Ze hangt opnieuw aan de lijn. Ze neemt niet op. Wat moet ze doen?
Ondertussen vriendelijk blijven. Eten serveren. Mee-praten over koetjes en kalfjes. Inspringen als mijn zoon het niet meer de baas kan.
's Nachts mijn huilende oudste opvangen.

Dan de voorbereidingen voor het volgende feest. Mijn moeders verjaardagfeest. Mijn zus is gastvrouw maar ze kan door een gezwollen knie nauwelijks stappen. Dus opnieuw inspringen. Opnieuw koken.  Tussendoor de was draaien en opruimen.

Al vijfhonderd km.

Lachen. Luisteren. Van binnen sterven. Het eten is lekker. Mijn moeder tevreden.
Mijn dochter stuurt haar verslag binnen zonder de noodzakelijke dossiergegevens. Ze panikeert. Beter doorsturen dan niets binnen leveren. Geruststellen. Samen naar een formulering zoeken waarbij ze respectvol blijft naar haar mentor en toch duidelijk maakt dat ze het nodige gedaan heeft.
Ik sta op knappen. Kan even uithuilen bij een collega aan de telefoon.

Zevenhonderd vijftig kilometer.

Drie uur aan de tap. Mensen bedienen. De opbrengst is voor de welzijnsschakel. Mezelf voor ogen houden dat het belangrijk is dat ik mijn sociale engagementen nakom. Dat ik bezig blijf. Mensen niet uit de weg gaan.
Theoretisch gelul in mijn hoofd. Ik wil gewoon verdwijnen.
In de namiddag met twee vriendinnen en de hond gaan wandelen.
Luisteren naar het wedervaren van een van hen.
Als een van hen naar mijn vrouw vraagt breek ik. Dankbaar voor hun aandacht maar een pijn die ik niet meer controleer. Ik zeg de verkeerde dingen.

Als ze vertrekken stroomt het over.
Pas vanmorgen kom ik te weten dat ze de 1000 veilig en wel gehaald heeft.
Enthousiast onthaald door haar nieuwe gezin.


Uitgeput.




woensdag 13 mei 2015

Op straat

Ze duwt het vonnis onder mijn neus. Twintig mei moet ze van de rechter het huis verlaten. Eigenlijk is het nu al niet meer leefbaar.
De vader van haar kinderen heeft de toevoer tot het water afgesneden. Elektriciteit is er evenmin. Zijn echtgenote die samen met hem in het appartement boven haar woont, roept en tiert en is agressief tegen haar en de kinderen.
Ze is een indringster voor hen.
Hoe vind je op die korte tijd een dak boven je hoofd?

Gelaten vertelt de vrouw haar verhaal. Hoe ze als een van de acht kinderen van een alleenstaande moeder nauwelijks eten hadden in Ghana. Hoe ze als jong meisje dan door een 'tante' naar Italië gehaald werd. Een beter leven tegemoet. Ze zou zelfs wat geld kunnen sturen naar haar familie.

De beelden uit de media van de bootvluchtelingen flitsen door me heen. Nee toch?

Maar eens in Italië moest ze werken. Dat vond ze niet leuk.
Werken?
Met mannen meegaan.

Ze vluchtte met een Afrikaanse man naar België. Zwanger. Alleen ...eens aangekomen bleek ze niet zijn enige vrouw.
Na de geboorte van haar zoontje en vele mishandelingen later leerde ze een andere man kennen. Maar ook die bleek niet vrij. Zonder papieren keerde ze terug naar de 'tante' in Italië. Ze was immers nergens anders welkom.
Maar ze was opnieuw zwanger. Ze konden daar niets met haar aanvangen. Teneinde raad terug naar België, met een peuter en een baby. In de hoop om bij de vader terecht te kunnen. In de hoop dat hij enige verantwoordelijkheid zou opnemen voor zijn kind.
Ze mocht in zijn appartement wonen. Tot ontsteltenis van zijn vrouw en zijn familie. Die moeten haar niet. Ze begrijpt het. Zij is voor hen de verpersoonlijking van het kwaad. En nu is er deze uitspraak van de rechter...een week nadat haar Belgisch paspoort in orde is!

Ze vertelt het gelaten. Ze staat op straat.
Ze durft niet meer terug.
Niet naar Italië waar de prostitutie wacht. Niet naar het appartement waar ze uitgescholden en getreiterd wordt.
Ze wil gewoon een goed leven voor haar en haar kinderen. Een opleiding misschien?
Het is onmiskenbaar een intelligente vrouw.

Ik neem haar na een intake voor een opvangplaats mee naar huis. De kinderen zijn hongerig en ze kan er niet onmiddellijk blijven. Het moet eerst op het team worden voorgelegd. Pas op eenentwintig mei bekijken ze het.
Maar ze maakt wel kans.
In een ander opvanghuis mag ze maar maandag op intake.

Terwijl we samen de mogelijkheden bekijken en een aantal telefoontjes doen, kan de baby wat slapen en het koddige kereltje van vier wat eten en spelen.
We bekijken op internet wat er in de buurt van Aalst te huur is.
Met de moed der wanhoop.
Ze is uitgeput. Ze heeft de laatste nachten nauwelijks geslapen.
Misschien kan ze vannacht wel bij een alleenstaande vriendin in Brussel terecht. Zelfs al heeft die maar een tweekamerflatje en drie kinderen.

Als ik ze een uurtje later aan de bushalte drop, met een aantal telefoonnummers en afspraken op  zak, voel ik me een behoorlijk onmens.
Een huis met veel ruimte. Niets te kort. Maar toch deponeer ik deze jonge vrouw, niet ouder dan mijn dochter,  met haar kinderen op straat.
Beschaamd om haar tranen van dankbaarheid voor mijn hulp.

Het doet me eventjes mijn verdriet relativeren.

zondag 10 mei 2015

Daten

De drukte op en naast het werk hielp om even de scherpe pijn van binnen op de achtergrond te houden.
Op een dipje tijdens het vorige weekend na slaagde ik er in om me gewoon te focussen op het werk. Een vol dagprogramma. 's Avonds nog vaak voorbereidingen of te moe om nog iets te laten doordringen. Geen tijd om stil te staan bij enig gevoel.

Me laten verrassen door de oproep in mijn mailbox van een vrouw om andere vrouwen te ontmoeten in mijn regio. Waarom niet?
Een avondje met drie alleenstaande onbekende vrouwen op stap in Wetteren. Vriendelijke vijftigers.
Verwonderd luisteren naar hun wedervaren met mannen. Geen ervaringen om jaloers op te zijn. Maar toch zijn ze alle drie gretig op zoek naar een nieuwe prins op het witte paard.
Vertrouwen hebben ze er niet meer in, maar alleen is maar alleen.
Daten, heeft volgens de meest ervarene onder hen, ook zijn gevaarlijke kantjes. Gegarandeerd liegen ze over hun leeftijd. En als je date tijdens een afspraakje van anderhalf uur meer dan drie keer naar de WC moet, rep je dan snel weg. Op die leeftijd betekent dat : 'prostaat' of nog erger, en dat...daar zitten ze niet op te wachten.
Ze zijn het er bij het afscheid over eens. Dat moeten we nog doen. Een avondje vrouwenpraat.

Met heel veel indrukken en de pertinente vraag of ik dan wel een echte vrouw ben, duik ik mijn bed in. Moe maar weer een ervaring rijker. Zelfs al weet ik niet wat ik er van moet denken.

Vrouwen. Het doet me de hele nacht dromen over mijn vrouw. Verlangen om haar aan te raken, haar lijf dicht bij mij. Haar huid proeven. Merken hoe ze me telkens opnieuw wegduwt. Aanraking niet toelaat. Verdriet welt op. Zout van tranen weglikken en toch opnieuw toenadering zoeken.
Totaal ontsteld en verward wakker worden met een zilte smaak op mijn lippen.

Met een groep van dertig mensen op stap. Ik had me geëngageerd om de uitstap van de welzijnsschakel mee te begeleiden.
Op het domein van bestemming twee duizend man.
Ik kan nu eigenlijk geen contact aan. Alles in mij doet pijn. Een hele dag vechten tegen de krop in mijn keel. Vriendelijk proberen zijn en verhalen aanhoren. De klachtenzang van een vrouw over haar 'vent' die ze liever als 'postuurke' in de kast zou zetten. Het relaas over de manipulaties en het financiële onrecht dat een andere is aangedaan door een ex-partner. De moeilijke puberkinderen van nog een andere...Ik luister, nauwelijks in staat om te reageren. Maar dat lijkt er zelfs niet toe te doen.
Verloren in een menigte. Ik kan niet weg, want ik ben afhankelijk van de buschauffeur.

Eens thuis gekomen vlucht ik in de fictie van de laatste afleveringen van 'missing'. Spanning opzoeken om de spanning binnen in aan te kunnen.

Huilend wakker worden.
Moederdag.   Geen feestontbijt. Zou ik dat ondertussen niet gewoon moeten zijn?  Met de hond gaan wandelen om niet binnen te verdrinken in zelfmedelijden.
Dan gauw naar de winkel. De autoradio speelt Yasmine. 'Ik was zo graag bij jou gebleven'.
Ik crash. Op de parking van het grootwarenhuis huil ik mijn ziel uit mijn lijf. Het lijkt weer alsof dagen opgestapeld verdriet zijn weg uit mij baant.
Winkelen zonder iemand aan te kijken. Taart en eten kopen. Dan snel weer naar huis. Deze namiddag komen mijn moeder, mijn kinderen en hun papa.
Mensen uitnodigen om niet te blijven te hangen in deze oeverloze eenzaamheid.
Afleiding.

https://www.youtube.com/watch?v=I13wz6pcQn0