zaterdag 22 maart 2014

Afscheid

Alleen een leeg bureau staat er nog in de ruimte. Het is vreemd om na al die jaren opnieuw in mijn oude kantoor te komen. Onmiddellijk doemen beelden op van mensen die ik hier te woord gestaan heb. De dame die keer op keer onder mijn bureau kroop en met wie ik zittend op de grond praatte tot ze het uiteindelijk aandurfde om naast me te komen zitten.
De man die telkens zo fier als een gieter zijn broek afstak eens hij binnen was. Trots paradeerde hij dan rond met nylons en een verfrommelde rok van zijn schoonmoeder aan.
Of de jongen die hele verhalen van Pokémon uit het hoofd declameerde. En nog vele anderen met minder extreem gedrag maar met eigen verhalen en zorgen.

Mijn ex-collega's hebben me uitgenodigd om afscheid te komen nemen van de ruimtes. Het centrum geestelijke gezondheidszorg is verhuisd. En ze wilden er graag nog een aantal mensen van vroeger  bij - zonder de directie. Mensen, die net als ik niet op de officiële opening zullen worden uitgenodigd.
Het doet deugd om hen terug te zien. Fijne mensen met wie ik vroeger één enthousiast team vormde. Mensen die ik heel hard heb gemist na mijn vertrek. Hun partners en ondertussen groot geworden kinderen zijn er ook.

Ik probeer opduikende verbittering weg te duwen. Het onrechtvaardige van het ontslag dat me de job waar ik me met hart en ziel voor inzette ontnam, doet nog pijn. Ik heb me recht gehouden aan mijn gezin, mijn vrouw die me onvoorwaardelijk steunde, en de kinderen.
En nu?
Wat blijft er nu nog over?
In mijn huidige job zal ik nooit de ervaring kennen van de materie te beheersen, nooit het gevoel hebben er echt goed in te zijn. Daarvoor is de organisatie te complex, de functie te veranderlijk. Het motto is daar trouwens ook : Uit je comfortzone komen om te groeien, je zelf voortdurend  verbeteren. In mijn comfortzone ben ik in die vijf jaar werken trouwens nog nooit terecht gekomen. En ik ben zeker niet de enige. Getuige de vele burn-outs en het hoge ziekteverzuim.

En mijn gezin? Mijn kinderen leiden hun eigen leven. Mijn vrouw heeft me afgedankt.
Mijn vertrouwen in de liefde en de mensen is zoek.

Praten met mijn collega's leidt af. Ik ben welkom. Ze vinden het leuk dat ik er bij ben.
Na twee uurtjes weer naar huis. Nog steeds snipverkouden en met oplaaiende koorts maar blij dat ik hen terug zag.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten