maandag 8 september 2014

Zootje

De druk in mijn borstkas groeit aan als ik alleen aan het ontbijt zit en opnieuw geconfronteerd wordt met de eenzaamheid en de leegte in mijn leven. Door een berichtje op facebook realiseren dat het jaarlijkse vriendenuitje  waar mijn vrouw  en ik met graagte aan deelnamen vandaag doorgaat. Ik hoor er niet meer bij. Gezellige groepsbijeenkomsten zijn weg gevallen. Zoals zoveel dat uit mijn leven is verdwenen.
Me focussen op huishoudelijke klusjes, mijn tijd opvullen.  Niet wegzinken in destructief zelfmedelijden.
Mijn moeder komt langs om samen op zoek te gaan naar een nieuwe garagepoort.
Ze kijkt verrast naar mijn sandalen. Nieuw?
Een koopje uit de solden.
Niet het goede antwoord. Mijn moeder reageert geƫrgerd.
Moet je nu altijd jezelf naar beneden halen? Het doet er toch niet toe dat die met korting gekocht zijn.

Het is de druppel die de emmer doet overlopen. Ik kan niet voortdurend op mijn woorden letten. Ik kan niet meer. Mijn moeder schrikt van de huilbui die volgt en begint prompt ook te wenen. Dus opnieuw me verontschuldigen. Niet meer weten wat ik nog kan, mag zeggen. Me voortdurend in bochten wringen en de pijn en frustratie van binnen nauwelijks kunnen hanteren.
Mijn dochter komt er verbouwereerd bij staan. Ik maak er weer een zootje van.
Het lukt me niet meer om dingen te relativeren.
Dus maar een paar keer goed slikken en in stilte naar de eerste firma rijden.
Gelukkig worden we daar heel hartelijk ontvangen en een half uurtje later is de bestelling geplaatst. Daar kan ik nu niet veel energie in steken.
Terug thuis laat ik mijn moeder met mijn dochter kletsen. Ik zit er bij, schenk thee en probeer de chaos van binnen wat op orde te krijgen.
Dan een hele namiddag bezig blijven. Boodschappen. Gras maaien. De kasten van mijn dochter opruimen en 's avonds doodop en huilend in bed kruipen. Weer een dag voorbij.

Na een onrustige nacht een hele voormiddag wandelen met de hond. De zon en het buiten zijn brengen rust. Het parcours is mooi en afwisselend. Alleen tussen heel veel anonieme wandelaars. Enkel af en toe een vriendelijke goedendag. Niemand die me hier kan raken.
Uitgeput thuis komen, koken, afwassen, stofzuigen en net als ik me op het terras in het zonnetje wil installeren belt een vriendin.
Ze had al een paar keer aangegeven dat ze gezelschap zocht om wat lege momenten op te vullen. Dus ik had toegezegd om iets te gaan drinken met haar.
De vermoeidheid laat zich voelen in heel mijn lijf. Ik heb er geen zin in maar wil haar ook niet teleurstellen want zij is een van de weinigen die regelmatig contact op neemt. Mijn verstand geeft bovendien aan dat 'ik onder mensen moet komen'.
Ze tatert de hele tijd door. Ik realiseer me dat nauwelijks doordringt waarover ze het heeft. Ik probeer belangstelling te tonen en vind mezelf ondertussen een vreselijk mens.
Opgelucht als ik eindelijk thuis ben maar mijn bejaarde overbuurvrouw heeft me zien arriveren en komt aangelopen. Ze is drie weken alleen thuis nu haar zoon op reis is.
Ze heeft zich een alarm aangeschaft en ik ben de eerste die gebeld wordt, zo weet ze me te vertellen.
Ze installeert zich op mijn tuinstoel. Twee uur lang vertelt ze non stop. Elk familielid, de nieuwe allochtone buren, mijn achterbuur die zijn sparren verwaarloost. Ze passeren allemaal de revue. Ik moet beloven dat ik in de loop van de week zeker nog eens binnen spring.

Het wordt al donker als ze opnieuw naar haar huis vertrekt en ik eindelijk compleet murw in mijn zetel plof. Een weekend  is weer gepasseerd.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten