zaterdag 10 januari 2015

Breekbaar

De stem van mijn collega klinkt breekbaar en angstig als ze belt om zich te verontschuldigen voor de supervisiebijeenkomst.
Onderweg is ze overvallen door een paniekaanval en slaagde ze er niet in om haar weg verder te zetten. Uiteindelijk heeft ze rechtsomkeer gemaakt en is ze terug naar huis gereden.
Het helpt niet dat ik aanbied om haar tegemoet te komen of zelfs op te halen thuis. Stress heeft haar in zijn greep. Ze wil nu enkel haar rust terug vinden.

Als ik de telefoon neerleg voel ik alles in mijn lichaam beven.
Mijn collega is twee jaar geleden weggevlucht uit een jarenlange relatie en ondanks hulp slaagt ze er net zo min in als ik om haar leven weer zin te geven, om opnieuw een perspectief te vinden waar ze zich kan aan vasthouden.
Verdriet overspoelt en als mijn supervisor en een andere collega arriveren lukt het me niet meer om te doen alsof er niets aan de hand is.
Gelukkig is er ruimte om frustratie te uiten. Theoretisch weten dat de kans - fifty/fifty? - bestaat dat intimiteit, liefde en verbondenheid nog een plaats kunnen krijgen in mijn leven of bedenken dat mijn leven er binnen vijf jaar weer helemaal anders kan uit zien helpt me nu geen steek.
Goed bedoelde raadgevingen om alle mogelijke activiteiten te doen bij een al overvolle agenda en een totaal gebrek aan energie helpen evenmin.
Maar gewoon ervaren dat mijn verdriet en wanhoop even een plaats krijgen doet wel goed.
Er zit nog een grote krop in mijn keel als we ons na de babbel focussen op de bespreking van cliĆ«nten en ik besef dat het drukkende blok in mijn borst en de krop waarschijnlijk nog heel lang deel zullen uitmaken van mijn leven.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten