zaterdag 11 juli 2015

Privé ontvangst


Het is allemaal relatief.
Mijn zorgen, mijn gemis.
Het is als een mantra dat ik dit steeds probeer te herhalen om de druk van binnen aan te kunnen .
Er zijn immers zwaardere zorgen die mensen soms moeten dragen.

Dagdagelijks word ik daarmee geconfronteerd. Wat voor de ene een zorg is lijkt voor de andere een luxeprobleem.


Financiële problemen.

Hij ligt er wakker van. Hoe hij de rekeningen moet blijven betalen nu hij bijna een jaar lang met een burn out thuis zit en van een ziekte uitkering leeft.
Toegegeven, hij heeft een royale vergoeding gekregen na het onderhandelde ontslag. Maar die is er al doorgejaagd samen met zijn spaargeld. Een hypotheek van vijfduizend die elke maand moet betaald worden.
Ja. Vijfduizend euro.
En met een uitkering loop je niet ver.

Hij is er toch toe gekomen om deze week zijn brieven te openen en een aantal rekeningen te betalen. Op één dag voor zestienduizend euro overgeschreven.

Hij is blij dat hij zich ondertussen wat beter voelt. Hij moet dringend terug werk vinden. Hij wil zijn huis niet kwijt.
Zijn omgeving is overtuigd van zijn uitzonderlijke talenten. Hij wil zijn plaatsje terug vinden op de markt. Hij heeft connecties. Hij wil het in ieder geval proberen.
Gelukkig kan hij in uiterste nood  terugvallen op mensen. Zijn partner en familie zullen hem wel wat depanneren.



Zij  durft me niet aankijken als ze me vertelt dat ze aan 'privé ontvangst' doet. Bang dat ik haar de deur wijs.
Tien jaar geleden kon ze de kosten van haar opnames en andere facturen niet meer betalen. De psycholoog van het ziekenhuis had haar te verstaan gegeven dat ze maar eens 'moest' gaan werken.

Het dwingende van zijn boodschap had de vrouw met een zwaar verleden van seksueel misbruik er als een trigger toe gebracht om diezelfde avond nog contact te nemen met een telefoonnummer uit de streekkrant. Zich aan te bieden om mee te gaan met mannen.
Ze voelt er niets bij. Ze treedt uit haar lichaam. Het gebeurt gewoon.
De eerste avond verdiende ze zevendertig euro en een half. De helft ging immers naar haar 'werkgever'. Het was veel geld voor haar.

Ze bracht haar man op de hoogte. Die vond het eerst niet leuk maar het hielp om hun betalingen te doen. Hun familie kon of wilde niet helpen. Nu blijft hij in de buurt om haar te beschermen.
Een politiebeambte haalde haar na zeven maand uit de klauwen van de pooier. Hij gaf haar raad. De politie je vriend.  Nu is ze in orde. Officieel zelfstandig. Ze hoeft niets meer af te dragen. Ze kan haar rekeningen betalen en binnen vier jaar is de lening voor de auto, hun appartementje en de stacaravan aan zee afbetaald. Dan stopt ze er mee.
Een gewone job zou ze niet aankunnen. Daarvoor zijn er nog teveel momenten dat ze 'flipt'. Nu bepaalt ze zelf wanneer, wat en met wie. Zij houdt de controle.


Ze vertelt het omdat haar veertienjarige dochter het ontdekt heeft. Ze is kwaad.
Hoe moet ze dit aanpakken? Ze wil niet dat het fout gaat tussen haar en haar dochter.
Kan ze haar vertellen dat ze haar door dit werk dingen kon geven zodat ze niet uit de toon viel bij leeftijdsgenootjes. Zou ze daar oren naar hebben?
Ze heeft raad nodig.

En wil ik haar nu nog geloven?
Nu ik weet dat ze 'zoiets' doet.
Wil ik haar nu nog zien?

Het is niet de eerste maal dat ik een vrouw met misbruikervaringen ontmoet die in het oudste beroep ter wereld verzeild raakt.
Met mijn beperkte bevattingsvermogen lijkt het overlevingsmechanisme van slachtoffers om te dissociëren zelfs bijna een noodzaak om dit aan te kunnen.
Maar ik realiseer me dat dit niet voor elke 'seksuele dienstverlenende' op gaat.

Financiële zorgen.
Ze wegen voor elk zwaar.
Maar het verhaal er achter is soms helemaal anders.

Beide verhalen blijven door mijn geest spelen in mijn pogen om mijn eigen gemis te relativeren.
Geen financiële moeilijkheden.
Geen gezondheidsklachten.
Geen conflicten met mensen.
Geen problemen met de kinderen.

Gewoon alleen.

Waarom dan die krop die steeds naar mijn keel stuwt?




Geen opmerkingen:

Een reactie posten